CrossFit woordenboek
CrossFit woordenboek
Zijn voor jou de afkortingen en CrossFit-termen ook net Chinees? Deze lijst zal je helpen om als een echte pro over te komen.
Heb jij al eens een CrossFit les gevolgd of ben je van plan de box (de plek waar je aan CrossFit doet) in te gaan? Dan kan dit woordenboek zeker van pas komen. Je zult merken dat je zonder research naar de benamingen er de eerste paar lessen niks van begrijpt – oké na tien keer vragen aan de trainer wel, maar hij moet natuurlijk nog wel aan zijn les toekomen.
Als je een echte CrossFitter wilt worden is het noodzakelijk om de taal der CrossFit écht te beheersen. Het is namelijk erg handig als je tijdens de WOD (workout of the day) weet welke oefening je moet uitvoeren én op welke manier.
Algemene termen:
Box:
De gym/ruimte waarin CrossFit wordt beoefend
Barbell:
Stang waaraan gewichten hangen waarmee je gaat liften
Buy-in:
Je mag pas aan de workout beginnen nadat je deze opdracht hebt voltooid (bijv. 20 Burpees, 400 m run etc.)
Buy-out:
Voordat je workout afgerond is, moet je deze opdracht voltooien (bijv. 100 Double-Unders)
CFT:
CrossFit Total – benchmark workout
W-up:
CrossFit warming-up – de warming-up binnen CrossFit
Gym:
Gymnastics
Oly:
Olympic Weightlifting
DNF:
Did not finish – je kon de workout niet afmaken binnen de tijd
DNS:
Did not start – je kon de workout niet starten wegens welke reden dan ook (ook: Missing in Action of AWOL: absent without leave)
GPP:
General physical preparedness – algemene fysieke paraatheid
No-Rep:
Als een oefening niet volgens de van te voren bekende bewegingsstandaard wordt uitgevoerd, dan is dit een no-rep
PR:
Personal record – persoonlijk record (ook: PB: personal best)
Rep:
Repetition – herhaling
1RM:
Repetition max – maximaal gewicht op één herhaling dat je kan liften
Rx:
as prescribed – zoals voorgeschreven, je hebt de workout precies gedaan zoals beschreven of aangegeven
Scaled:
In een workout doet iedereen hetzelfde door het schalen van workouts naar je persoonlijke fysieke vaardigheden. Elke WOD is ongelimiteerd te schalen zodat iedereen, ongeacht welk fitness level je hebt, een workout kan doen die past bij zijn niveau
Set:
Aantal herhalingen
Snag:
Specifieke oefening of WOD die je vreselijk vindt om te doen of waar je niet zo goed in bent. We weten niet waar de term vandaan komt, maar we weten wel dat iedereen er een heeft! Door CrossFit leer je je zwakke punten kennen, ga je ze onder ogen zien en ga je keihard werken om deze punten te verbeteren
WOD:
Workout of the day – workout van de dag
FUBAR:
F-ed up beyond all recognition- Ik was FUBAR na die workout
DB:
Dumbbell
KB:
Kettlebell
21-15-9:
Specifiek rep schema voor workouts
Benchmark WOD’s:
Workouts die regelmatig terugkeren om vooruitgang meetbaar te maken
The Girls:
Benchmark workouts die zijn afgeleid van de naamgeving van orkanen. Deze "benchmark" workouts zijn trainingen die eens in de zoveel tijd terugkomen en je de mogelijkheid bieden om te zien of je progressie geboekt hebt
The Heroes:
Workouts ter ere van overleden soldaten/militairen in dienst. In tegenstelling tot de "Girls" zijn de "Heroes" vaak lange workouts met de bedoeling om je fitheid te testen
Verschillende formats van workouts:
AMRAP:
As Many Rounds As Possible – waarbij het doel is zoveel mogelijk herhalingen (rondjes) binnen de tijd te behalen.
AFAP:
As fast as possible – de workout in zo'n kort mogelijke tijd afronden
EM:
Every minute. Gedurende een aantal minuten voer je iedere minuut een aantal reps van een oefening uit
EMOM:
Every minute on the minute. Gedurende de even minuten van de workout voer je een aantal reps van een oefening uit en gedurende de oneven minuten van de workout voer je een aantal reps van een andere oefening uit
Chipper:
Een workout met meer dan vier verschillende oefeningen
Metcon:
metabolic condition – intensieve workout op conditie
RFT:
Rounds for time – een aantal oefeningen die je zo snel mogelijk moet uitvoeren op tijd
Tabata:
Hele intensieve workoutformat van 20 seconden werk en 10 seconden rust voor een gegeven aantal sets en oefeningen
Verschillende manieren om oefeningen uit te voeren:
BW:
Bodyweight – het gewicht voor de oefening is hetzelfde als je lichaamsgewicht
A2G Squats:
ass to the grass – een Squat zo diep mogelijk uitvoeren
C2B Pull-Ups:
Chest to Bar – de oefening moet met je borst tot de bar worden uitgevoerd
OH:
Overhead – boven het hoofd
Hang position:
Positie iets boven kniehoogte
High-hang position:
Positie net onder heuphoogte
TNG:
Touch and go – hierbij doe je een aantal barbell herhalingen na elkaar,waarbij de barbell telkens heel kort de grond raakt
Full:
Inclusief Squat (bijv. Full Snatch)
Pause:
Oefening wordt gepauzeerd op een bepaalde positie
Tempo:
Oefening wordt met een bepaald tempo uitgevoerd
Strict:
Beweging moet strict (zonder kipping heupbeweging) worden uitgevoerd
De oefeningen:
BJ:
Box Jump
PU:
Pull-Up of Push-Up
SQ:
Squat
BS:
Back Squat
FS:
Front Squat
OHS:
Overhead Squat
Pistol:
One-legged Squat
BP:
Bench Press – bankdrukken
C2:
Concept to rowing machine – de roeimachine
Assault Bike:
Satan’s tricycle
Ski-erg:
Ski ergometer
C&J:
Clean & Jerk – olympic weightlifting oefening waarbij het gewicht vanaf de grond naar de schouders en naar de overhead positie wordt gebracht
Snatch:
Olympic weightlifting oefening waarbij het gewicht vanaf de grond in één vloeiende beweging naar overhead positie wordt gebracht
DL:
Deadlift
DU:
Double-Unders – per sprong gaat het springtouw twee keer onder je voeten langs
TU:
Triple-Unders – per sprong gaat het springtouw drie keer onder je voeten langs
GHD:
Glute Ham Developer – toestel specifiek bedoeld om gluteus en hamstrings te trainen, maar waarbij je ook GHD Sit-Ups en bijv. Back/Hip Extensions kunt maken
HSPU:
Handstand Push-Up
KBS:
Kettlebell Swing
AKBS:
American Kettlebell Swings- kettlebell swing tot overhead
RKBS:
Russian Kettlebell swings- kettlebell swing tot ooghoogte
TGU:
Turkish Get-Up
TTB/T2B:
Toes to Bar – tenen naar de bar
KTE/K2E:
Knee to Elbows – gymnastische beweging waarbij je hangend aan een pull-up stang vanuit volledig uitgestrekte positie met je knieën je ellebogen moet aantikken
Kipping:
Variatie op de Pull-Up, waarbij je een schommelende beweging maakt met als doel, snellere Pull-Ups en groter volume
MU:
Muscle-Up
PP:
Push Press – een gewicht van je schouders tot boven je hoofd tillen
RC:
Rope Climb – touwklimmen
RD:
Ring Dip
SDHP:
Sumo Deadlift High Pull – een soort Deadlift, maar hier trek je het gewicht explosief door tot sleutelbeenhoogte
SLDL:
Stiffed Leg Deadlift
WBS:
Wall Ball Shots- met een zware bal in je handen maak je een squat en vervolgens gooi je, terwijl je opstaat, de bal hoog tegen de muur
WL:
Walking Lunge – met één voet stap je naar voren en buig je je benen totdat je achterste knie de grond raakt